Zoeken
Sluit dit zoekvak.

Investeerders gezocht

Home » Investeerders gezocht

Méér informatie over Informal Investing staat op onze Informal Investing pagina.

De Oostenrijkse entrepreneur en investeerder Marwan Saba heeft ze niet eens benaderd. ‘Dat zou tijdverspilling zijn geweest’, denkt hij. Investeerder Saba was sinds 1992 betrokken bij vijftien start-ups. De leukste diende zich vorig jaar aan, en was afkomstig uit Enschede. Start-up is in dit geval niet het goede woord. Het is een wederopstanding.

Nieuwe wind met investeerder

Jaarlijks werden in een Enschedese fabriek miljoenen pakjes directklaarfilm geproduceerd voor Polaroid. Totdat het Amerikaanse bedrijf op 1 juli 2008 de stekker uit de productie trok. Niet geheel onverwacht, want twee jaar eerder was het noodlijdende bedrijf al gestopt met het maken van de klassieke directklaarcamera’s. Een groep medewerkers van de fabriek in Enschede weigerde zich bij de sluiting neer te leggen.

Samen met investeerder Saba en met Florian Kaps, een Oostenrijkse kunstenaar en zakenman wiens webwinkel Polapremium het exclusieve online verkoopkanaal is voor de resterende, snel slinkende voorraad polaroidfilm, willen ze de productie opnieuw op gang brengen. Het nieuwe bedrijf doopten ze The Impossible Project. Een toepasselijke naam, want de uitdagingen waarvoor de entrepreneurs zich gesteld zien zijn groot. Doordat niet alle onderdelen die nodig zijn voor de productie van polaroidfilm nog verkrijgbaar zijn, moet de instantfilm opnieuw worden uitgevonden, met een vereenvoudigd productieproces.

Venture capital nodig

The Impossible Project heeft een tienjarig huurcontact afgesloten voor de fabriek in Enschede en heeft alle benodigde apparatuur overgenomen. Tien voormalige Polaroid-medewerkers kregen een contract. Investeerder Saba is als CFO van het nieuwe bedrijf verantwoordelijk voor het vinden van financiering. Voor de eerste fase van de doorstart was ruim twee miljoen euro venture capital nodig. Te weinig voor de meeste private equity- of venture capital fondsen. Banken schreef Saba op voorhand af, want hij kon ze weinig zekerheid bieden: ‘Ons machinepark heeft alleen voor ons waarde, niemand kan daar verder iets mee. Het product moeten we nog ontwikkelen.’

Ondanks de onzekerheden, bleek het niet moeilijk om de interesse te wekken van informele investeerders. Investeerder Saba: ‘Op dit moment is er voor investeerders geen overdaad aan keuze. Ons project mag dan risicovol zijn, de beloning is daar ook naar. We hebben het niet over een verdubbeling van de investering, maar een verveelvoudiging.’ In twee rondes haalde Saba 1,3 miljoen euro risicokapitaal op, voor een deel bij klanten van Kaps. Veel van de investeerders zijn Polaroid-fanaten. Saba: ‘Het zijn mensen die geloven in ons bedrijf.’

Geld ligt klaar bij investeerders

The Impossible Project is geen uitzondering. Nu banken de hand op de knip houden, bieden informal investors uitkomst. ‘Voor ons is dit een gouden tijd’, vindt investeerder Michiel Bloemer van The Informal Investors Network (TIIN). Bloemer verdiende zijn geld als ondernemer in de textielbranche. Sinds hij zijn familiebedrijf Blömer & Bloemer in 1999 verkocht was hij als investeerder betrokken bij meer dan vijfentwintig bedrijven. Het leverde hem in 2000 de eretitel ‘Informal Investor van het jaar’ op.

De vijfhonderd investeerders die zijn aangesloten bij TIIN Capital zijn merendeels vermogende oud-ondernemers die het leuk vinden om hun ervaring over te dragen op jonge starters. Het investeren gebeurt via twee investeringsfondsen of op individuele basis. De fondsen hebben samen twintig miljoen euro in kas. ‘We hebben het geld klaarliggen’, zegt Bloemer. ‘Ik verwacht dat wij de komende periode een hoop investeringen kunnen doen. We zijn naarstig op zoek naar goede ondernemers.’

Bloemer verwacht dat meer ondernemers de weg naar participatiemaatchappij TIIN weten te vinden nu banken private equity fondsen een stap terug doen. ‘Ik heb dit jaar al drie of vier goede ondernemers voorbij zien komen die elders waren afgewezen. Ik hoop dat het er meer worden.’

‘Business angels ook terughoudend’

Charles Nijenhuis van Credion begeleidt ondernemers in financieringstrajecten. Er is nog genoeg handel, zegt hij, maar de markt is drastisch veranderd. ‘Voor de crisis konden wij met grote zekerheid inschatten of het mogelijk was om financiering te krijgen voor bijvoorbeeld een overname of een fusie. Nu durf ik me nauwelijks nog aan voorspellingen te wagen. Er zijn teveel onzekere factoren.’ De risicoacceptatie van banken is beduidend minder, stelt Nijenhuis: ‘Voorheen eiste banken gemiddeld een financiële buffer van 25 procent, nu is 40 procent niet ongebruikelijk. Dat geldt voor alle grote en middelgrote banken.’

Banken willen meer informatie voordat ze besluiten over financiering. Nijenhuis steekt veel tijd in sensitivity analyses en ‘what if-analyses’ ΓÇô voor wat het waard is, want op dit moment is vrijwel alles koffiedik kijken. Nijenhuis: ‘In november zat ik aan tafel bij een toeleverancier uit de transportsector. Zij wilden een werkmaatschappij verkopen om zo kapitaal vrij te maken voor andere activiteiten. Tot aan oktober 2008 waren de cijfers goed. Er stond vier ton onder de streep en de omzet was met vijftig tot zestig procent gegroeid ten opzichte van het voorgaande jaar. Twee jonge ondernemers waren geïnteresseerd in de overname. Het is niet doorgegaan. Vanaf oktober werd er niks meer verkocht, helemaal niks. In februari is het faillissement aangevraagd.’

Business angels bieden volgens Nijenhuis weinig soelaas: ‘Die zijn ook terughoudend geworden. De onzekerheden zijn voor hen net zo groot als voor de banken. Bovendien heb je de bank altijd nodig. Het kan zelden zonder.’

Investeerders met nieuw elan

Ben Lacor is met zijn bedrijf NeBIB een intermediair in vraag en aanbod van risicodragend vermogen. Het gaat om investeringen tot maximaal twee miljoen. Lacor heeft het druk, zegt hij. ‘Ik was net nog in gesprek met een aardige ondernemende dame op zoek naar een investeerder. De ondernemers met spannende ideeën blijven komen. Het lijkt alsof in de kleine economie de gestage groei van ondernemers en investeerders voortzet. Alsof het niks met de grote economie te maken heeft. Dat heb ik al eerder gezien, tijdens de recessie van 2001 en 2002. De honderden mensen die toen bezig waren met het opzetten van een gezond bedrijf kwamen niet in de publiciteit, wel de blaaskaken die miljoenen van andere mensen opmaakten. Voor ons was het business as usual.’

Ook nu gaan de zaken bij de optimistische Lacor gewoon door, ondanks inktzwarte prognoses van het CPB en een gekelderd consumentenvertrouwen. Hij spreekt zelfs over ‘nieuw elan’: ‘Vorig jaar zakte het aantal ondernemers opzoek naar investeerders dat zich bij ons meldde al voor de zomer een eind weg. Na de jaarwisseling is het weer op gang gekomen. Er is niks opgewassen tegen een goed idee en een enthousiaste aanpak. Een hoop mensen vergissen zich in het positieve deel der natie.’ Na enig aandringen geeft Lacor toe dat niet alles ‘business as usual’ is: ‘Bij sommige mensen zijn de schellen van de ogen gevallen. Investeerders en ondernemers komen de laatste maanden sneller to the point. Ze zijn openhartiger over zaken die niet goed lopen. Men schaamt zich er niet voor.’

Niet alleen de ondernemers, ook de investeerders blijven komen bij Lacor. Er zijn nieuwe investeerders die juist nu zin hebben in een ruige investering. Dat zijn vaak snelle en realistische geesten, mensen die hun eigen kapitaal hebben vergaard, veel hebben meegemaakt en weten hoe het is om met niets te moeten beginnen. Die willen jonge ondernemers graag leren hoe het is om aan de rand van het ravijn te staan. Dat is een betere startpositie dan wanneer alles er in overvloed is. Dan krijg je een kostbaar bedrijf.’

Investeerder zoekt niet naar zekerheid

Zekerheid is voor de gemiddelde informal investor niet belangrijk, stelt Lacor: ‘Een goede investeerder praat niet eens over zekerheid. Het is geen bankier! Het gaat om reële verwachtingen. Dat is geen financieel uitgangspunt, maar houding. Onze investeerders willen weten of de ondernemer in staat is om tien procent meer te verkopen dan de concurrentie door betere spullen en een betere klantbehandeling. Daar hameren ze op.’

Op ondernemers die zijn afgewezen door de banken, zit Lacor niet te wachten: ‘Wij willen geen laatste strohalm zijn. Je moet leengeld niet verwarren met eigen vermogen. Het komt allebei van een vreemde, het is een volkomen andere smaak. Dat praten we ze dus snel uit het hoofd. Het probleem is dat veel ondernemers het geld al hebben uitgegeven als ze op zoek gaan naar een investeerder. Dat is een ernstige denkfout. Nieuw geld is niet bedoeld om de verliezen van gisteren op te vangen. Ondernemers die zich bij ons melden maken een duidelijke keuze voor een informal investor. Zonder positieve motivatie geen relatie.’

Derde financieringsronde

Saba gaat komende zomer voor de derde keer een financieringsronde maken langs geïnteresseerde investeerders voor de resterende zeven ton die nodig is om de nieuwe directklaarfilm te ontwikkelen. Op de website van The Impossible Project telt een klok de seconden af die de medewerkers nog resten, al met al bijna een jaar. Dan moet de opvolger van de polaroid-film klaar zijn voor productie.

Investeerder Saban sluit niet uit dat hij dan wél naar de bank stapt voor financiering: ‘Met een prototype en een uitgebreid klantennetwerk kunnen we de bank zekerheid bieden. Polaroid produceerde in de laatste jaren tien miljoen pakjes film per jaar. Dat was voor Polaroid te weinig, wij zijn al blij met een klein deel daarvan. We beginnen met een jaarlijkse productie van drie miljoen. Vanaf 2011 willen we tien miljoen pakjes produceren. Ik weet zeker dat dit een succes wordt, ook voor de investeerders.’

Meer vragen? Plan een gratis 1-op-1 expertsessie

Iedere derde donderdag van de maand organiseren wij Start-up Thursday. Tijdens dit digitale 1-op-1 adviesgesprek sparren we samen over jouw financiële vraagstukken en/of groeiambities. Lijkt dit je interessant? Meld je dan vrijblijvend aan voor de volgende editie!